Appelwortel - Yacon
Planten
Planten met een meter ruimte tussen de planten. Het gedijt in bijna alle grondsoorten.
Verzorging
Geen last van ziekten en plagen. Makkelijk te telen.
Heeft een grote waterbehoefte en houdt van een warme en beschutte plaats.
Groeihoogte
Tot 150 centimeter.
Winterhard
Neen.
Snoeien
Geen snoei nodig.
Bloei
Late najaar: gele margrietachtige bloemen.
Bestuiving
---
Oogst
Als de eerste nachtvorst zijn intrede gedaan heeft en het blad zwart wordt. Rooien met een spitvork. Voor een optimale smaak kunt u de knollen na het oogsten het beste nog een paar dagen laten drogen aan de stengels. Ze worden dan nog wat zoeter. Vervolgens kunt u ze bewaren als aardappels, in een frisse, wat vochtige ruimte, bij een graad of 10, zoals bijvoorbeeld in een kelder.
Extra info
De plant vormt in de herfst knollen, oogst niet te vroeg, dan zijn de knollen te klein. Een goede oogst verziet tussen de 7 en 10 kilo knollen per plant.
Meerjarige groente.
Vermeerderen:
In het najaar een stek nemen van de toppen van scheuten en vorstvrij laten overwinteren.
Ofwel knollen overhouden die voorzien zijn van 'ogen'. Te bewaren in nat zand.
De knol heeft een zoete smaak en is rijk aan inuline. Helpt tegen overgewicht en bij suikerregulatie. Kan rauw gegeten worden als fruit of verwerkt in salades, kan ook warm verwerkt worden in puree, gratin en dergelijke.
Gekookt heeft de appelwortel een lichte kastanjesmaak. Gedroogd heeft het een lichte bananensmaak. Rauw heeft het een structuur zoals wortel en radijs.
Ook de stengels en bladeren zijn eetbaar.
